Uitsmijter 099

Beweging is er, vergeving nabij. Verveling was er, opgelopen averij.

Als ik niet weet, dan voel ik. Als ik niet weet, dan heb ik lief, dan verzin ik, dan probeer ik uit, dan verhef ik me als subject boven de manier waarop ik ben geconditioneerd en geprogrammeerd.

Ik plan niet en reken niet, ik voel, ik observeer en ik wacht. Daarom ben ik beschikbaar. Ik ontmoet je liever, dan dat ik je schrijf.

Uitsmijter 098

Je kijkt me aan, dan naar de grond. Loopt langs m’n zij, werpt een blik over je schouder.

Precies waar ik ben, hang jij rond. Maar jij weet, jij bent veel ouder.  

Je begeeft je in een spanningsveld van aantrekkingskracht. Je voelt dat er meer is, een avontuur. 

Dus trek je stoute kleren aan, zorg dat je lacht. Want ik raak zo ook eens tureluur.

Uitsmijter 097

De gangmaker van de bovenste plank ontdoet zich van huid en haar. Hij wringt zich door het dichtbevolkte land, op zoek naar het grootste gevaar. En eenmaal daar, maakt zij een opmerkelijk gebaar. Zo’n wuif met dat glanzende haar, zo staat ze klaar. Ze vraagt: “heb je staar?” Hij weet niet wat te zeggen, maar ik verklaar. Ze wandelen onder een sterrenhemel als een koningspaar.

Uitsmijter 096

Op de vlucht voor gebakken lucht.

Vang de walm van gebakken lucht, die hangt aan je lippen. Die stroomt langs neusvleugels tot aan de stam, om jouw kern te misleiden. Hap je toe dan ontstaat er kortsluiting, waarna hij behendig de hamer ontwijkt en via de kamers in je oren als stoom verdwijnt. En wat het heeft bereikt, is een smachtend verlangen naar meer, nog een keer en steeds maar weer. Je bent er ingetuind, geen zwart schaap dat de kudde verlaat, maar gestaag doordraafd naar de opeenvolgende verleiding.

Uitsmijter 095

Het gaat erom dat we liever willen zijn dan hebben, liever luisteren dan praten, liever zoeken naar zin dan naar resultaat, dat we de persoon waarderen boven de functie en de voorkeur geven aan de tijd boven de ruimte. Want we maken ons druk over dingen die de moeite niet waard zijn.

Het is de kwaliteit van de relatie die de resultaten teweegbrengt en niet omgekeerd, want door de manier waarop we naar elkaar kijken, naar elkaar luisteren, samen lachen, vormt zich de kwaliteit van het samenzijn.

Uitsmijter 094

Vrees is een onstandvastige droefheid, ontsproten uit de voorstelling van iets toekomstigs of verledens, omtrent welks verloop wij in eenig opzicht twijfelen.

Geen hoop zonder vrees, noch vrees zonder hoop, omdat de afloop onzeker is, en men zich beurtelings het ene als het andere voor kan stellen, zolang er niets gebeurd is.

Dus, blijf je bij iemand om die ander zelf, of uit angst voor een groter kwaad, het alleen zijn?

Uitsmijter 092

Cliffhanger

Iedere dag

Begint als vandaag

De zon komt omhoog

En ik kijk omlaag

Kansen volop

Maar ikke vertraag

Ik maal, ik slik,

Stik in mijn vraag:

Denken aan je toekomst?

Verder dan vandaag

Kijken wat om die hoek komt

Wie is het; ben ik drie op een rij?

de Koning, de loper, de dertiende in het dozijn?

Speel twister in mijn mind

Stratego met mijn hart

Heb yahtzee voor de shine

Mijn gevoelens dan schaakmat

Mens erger je niet, ik zie ik zie wat jij niet ziet:

Gedraag me graag

Als iemand die draagt

Zonder anderen ben ik redelijk naakt

Naar mijzelf onredelijk, vaak

Vind mezelf aardig aardig

Verstandig maar ook vaag

Beide pootjes op de aarde

Blaak niet van eigenwaarde,

Maak geen erehaag voor mijn eigenaardigheden,

Kijk soms teveel naar het verleden

Welke resultaten geen garantie bieden voor het heden

Kijken naar wat me toekomt

Ik blijf graag nog even hangen tot ik zeker weet dat het goed komt

cliffhanger

Uitsmijters 091

Arme stakker, geen rust in je rakker. Word je steeds vlakker, lig je uren naar het plafond te staren, altijd nog wakker. Je kaken slaan op slot, alles staat nu strakker. Hé makker, blijf toch denken aan warme broodjes van de bakker. Ben je morgen vast een beetje minder brakker, na al dat gejakker. Motherfakker! Je bent het type achter het behang plakker. Oh, wacht, nee. Ik bedoel eigenlijk zo’n facking kakker. Gij arme stakker, geen rust in je rakker. Je maakt morgen een klapper, over de toonbank bij die warme-broodjesbakker. Met de grond gelijk, een stukje vlakker.

Uitsmijter 090

Wie ben je zonder spullen. Wie ben je zonder spullen, weet je noch gaten te vullen. Of kies je ervoor in het domme weg te lullen, telkens eindigen met brullen. Kun je ongegeneerd blijven smullen, terwijl door te kleine schoenen je tenen krullen.

Wie ben je zonder spullen. Ga je het onthullen, bloot leggen en grenzen verleggen. Nou, kom op, heb je nog wat te zeggen. Muren om je heen gebouwd, grote hoge heggen. Ze zouden je moeten neerleggen, zonder overleggen.

En dan in je gezicht brullen, dat je niet weet wie je bent zonder spullen. Dus, ze zullen gaan smullen, als jij niets meer bereikt met dat flauwe lullen. Donder op met je spullen, ga je tijd beter vullen. En denk na, vertel ons…

Wie ben je zonder spullen.